Tafel dekken
Iemand moet de tafel dekken! Zo begint dit gedicht van Joke van Leeuwen met de leuke animatie van Lucette Braune. En inderdaad, het moet, elke dag weer. Maar het hoeft natuurlijk niet elke dag voor een diner van 6 gangen, of 4. Dus, al komt dat een keer voor, omdat je schoonouders komen eten, je indruk wilt maken op je eerste date, een feest of bij weer andere gelegenheden. Dan is het koken op zich al stressvol genoeg. Daarom kan je hier lezen hoe je de tafel netjes kan dekken, met bestek en glazen in de goede volgorde, zoals het volgens de etiquette hoort.
Hoe doe je dat
- Zet de borden voor het hoofdgerecht op tafel neer, op ruime afstand van het bord dat daarnaast komt.
Bij het eten gebruik je je bestek van buiten naar binnen, let hier dus op bij het tafel dekken!
- Leg aan de rechterkant het mes voor het hoofdgerecht, en aan de linkerkant de vork voor het hoofdgerecht.
- Het bestek aan de buitenkant gebruik je als eerste. Rechts naast het mes komt dus de soeplepel.
- Is er een gerecht dat voor de soep komt en waarbij een mesje wordt gebruikt, dan komt deze rechts naast de lepel te liggen
- Links naast het bestek leg je het servet neer. Je kan het servet ook in, bijvoorbeeld een koker, of waaier op het bord neerzetten.
- Boven het bord leg je het bestek voor het dessert, 90 graden gedraaid ten opzichte van het andere bestek
- Rechts van dit bestek zet je het waterglas neer.
- Naast het waterglas het eventuele glas voor rode wijn (grote kelk)
- Naast het glas voor de rode wijn zet je het glas voor witte wijn (kleinere kelk)
- Een bordje voor het brood zet je links van het dessert bestek, met op het bordje een eventueel botermesje
- Wil je ook nog een vingerkommetje kwijt dan zet je deze schuin links naast het bord
Als je decoratie op tafel zet, zoals een vaas, of een kaarsenstandaard, zorg dan dat deze niet storend is om naar de overbuurman/ -vrouw te kijken.
Deze ruimte moet vrij zijn om een gesprek te kunnen voeren.